→ Voorwerpen - Things → Začnite sa učiť / Stiahnite si MP3 Flashcards

otázka		Odpoveď
het ding Geef me dat ding. začať sa učiť		thing Give me that thing.
niets Er is niets interessants in deze stad. začať sa učiť		nothing There is nothing interesting in this city.
iets Ik wil graag iets eten. začať sa učiť		something I'd like to eat something.
iemand Heb je iemand leren kennen? začať sa učiť		somebody Have you met somebody?
de geldautomaat Waar kan ik een geldautomaat vinden? začať sa učiť		cash machine Where can I find a cash machine?
het huis Is dat je huis? začať sa učiť		house Is this your house?
de informatie Waar kan ik meer informatie verkrijgen? začať sa učiť		information Where can I get more information?
het eten Ik moet wat eten kopen. začať sa učiť		food I must buy some food.
het ontbijt Wat wil je voor het ontbijt eten? začať sa učiť		breakfast What do you want for breakfast?
de lunch De lunch is nog niet klaar. začať sa učiť		dinner The dinner is not ready yet.
het avondeten Het avondeten is om 8 uur. začať sa učiť		supper The supper is at 8 o'clock.
de koffie Een koffie met melk, graag. začať sa učiť		coffee Coffee with milk, please.
de thee Ik drink de thee liever dan de koffie. začať sa učiť		tea I prefer tea to coffee.
het water Vergeet niet een fles water mee te nemen. začať sa učiť		water Don't forget to take a bottle of water with you.
de ontmoeting Ik moet onze ontmoeting afzeggen. začať sa učiť		meeting I must cancel our meeting.
de auto Waar kan ik een auto lenen? začať sa učiť		car Where can I rent a car?
de bus De bus komt om 6 uur aan. začať sa učiť		bus The bus arrives at 6 o'clock.
de trein Treinen zijn echt snel. začať sa učiť		train Trains are really fast.
het kaartje Hoeveel kost een kaartje naar Londen? začať sa učiť		ticket How much is the ticket to London?
de taxi Je zou een taxi nemen. začať sa učiť		taxi You should take a taxi.
de bagage Waar is jouw bagage? začať sa učiť		baggage / luggage Where is your baggage?
het souvenir Mijn zus wil wat souvenirs kopen. začať sa učiť		souvenir My sister wants to buy some souvenirs.
de papieren Mijn vader heeft al zijn papieren verloren. začať sa učiť		documents My father lost all his documents.
het paspoort Mag ik uw paspoort zien? začať sa učiť		passport Can I see your passport?
het geld De gasten willen geld bij de geldautomaat opnemen. začať sa učiť		money The guests want to take some money from the ATM.
de portefeuille Waar is jouw portefeuille? začať sa učiť		wallet Where is your wallet?
de politie Bel de politie. začať sa učiť		police Call the police.
het werk Mijn werk is erg interessant. začať sa učiť		work My work is very interesting.
het feest Vandaag geven we een feest. začať sa učiť		party We're having a party today.
het deel Het vliegveld bevindt zich in een ander stadsdeel. začať sa učiť		part The airport is located in another part of the city.
kleren Ik moet m'n kleren wassen. začať sa učiť		clothes I must wash my clothes.
de hand Waar kan ik mijn handen wassen? začať sa učiť		hand Where can I wash my hands?
het oog Ik heb bruine ogen. začať sa učiť		eye I have brown eyes.
het gezicht Ze heeft zo'n mooi gezicht. začať sa učiť		face She has such a beautiful face.
de hond Ik ben bang voor honden. začať sa učiť		dog I'm afraid of dogs.
de kat Wat een lieve kat! začať sa učiť		cat What a cute cat!

Voorwerpen - Things

Ak chcete pridať komentár, musíte byť prihlásený.

viac